Italië – Duitsland (1-1, 5-6 na strafschoppen): tactisch steekspel

Slechts twee van de toplanden konden zich, naast enkele outsiders, op dit EK al onderscheiden met verschillende collectieve topprestaties: Duitsland & Italië. De eerste werd voor het tornooi aanzien als favoriet, maar laat Duitsland de laatste 8 matchen op een groot tornooi tegen Italië nu net nooit winnend afgesloten hebben. Het stond in de sterren geschreven dat de confrontatie zou uitgroeien tot een schaakspel en die verwachtingen werden ruimschoots ingevuld.

Startopstelling Italië & Duitsland

Startopstelling Italië & Duitsland

Italië hield uiteraard vast aan de 3-5-2 waarmee het al vriend en vijand verraste. Bondscoach Antonio Conte moest wel puzzelen op het middenveld met de blessure van De Rossi en de geschorste Tiago Motta. De elf namen: Buffon, Bonucci, Chiellini, Barzagli, Di Sciglio, Florenzi, Parolo, Giaccherini, Sturaro, Pelle en Eder.

La Squadra Azzura won momenteel al z’n wedstrijden al waarmee het moet het A-elftal aantrad: 2-0 tegen België, 1-0 tegen Zweden en 2-0 tegen Spanje. En dat boezemde de Duitsers, wiens voetbal veel gelijkenissen heeft met het Spaanse elftal, toch wat angst in.

Joachim Low koos dan ook voor een soort 3-4-3 waarin hij trachtte de Italiaanse tactiek te counteren. Draxler werd daarbij het kind van de rekening en verhuisde naar de bank, Howedes kwam in de ploeg. Dat gaf volgende opstelling: Neuer, Boateng, Hummels, Howedes, Hector, Kimmich, Kroos, Khedira (na 16’ geblesseerd gewisseld door Schweinsteiger), Ozil, Muller en Gomez.

Italie pressing

Pelle zet druk op Neuer & Boateng. De andere centrale verdedigers van Duitsland (zwart) worden onder druk gezet door de twee centrale middenvelders van Italië. Eder bewaakt Kroos in z’n zone.

Neuer zonder veel opties
Duitsland nam snel het initiatief in de wedstrijd met het merendeel van het balbezit al probeerde Italië dit in eerste instantie te verhinderen. Wanneer Neuer de bal had bij een doeltrap zette La Squadra het bijvoorbeeld vast met hoge pressing waardoor de Duitse goalie vaker dan normaal lang moest trappen.

Pelle bleef in deze situaties meestal wat dieper weg om druk te zetten op de opbouwende Boateng, terwijl zijn collega-spits Eder terugzakte om Kroos op te vangen. De twee buitenste centrale middenvelders Giaccherini en Parolo moesten heel wat meters overbruggen om de Duitse centrale verdedigers Hummels en Howedes op te jagen en naar binnen proberen duwen.

Duits balbezit
Desondanks hadden de Duitsers het gros van het balbezit. Een snelle passing en veel beweging zonder bal zorgde ervoor dat Italië de hoge druk moest laten varen en zich liet terugvallen in een laag blok in 5-3-2. Desondanks kon Der Mannschaft geen grote kansen afdwingen door iets te weinig positiewissels.

Giaccherini breed Italie opbouw - press Duitsland

Gomez (groen) zet druk op de meest centrale Italiaanse verdediger Bonucci vanuit middenvelder Parolo (blauwe rechthoek centraal). Muller & Ozil zetten druk op Chiellini & Barzagli. Giaccherini benut gemaakte ruimte op de flank maar wordt bewaakt door Schweinsteiger (rood). Veel ruimte op het middenveld & de lange bal als gevolg.

Vanuit het lage blok kwam Italië op zijn beurt zelf ook weinig aan voetballen toe, ook mede dankzij de hoge pressing van Low z’n troepen. De Italianen probeerden zoals steeds met Buffon en zijn drie collega-Juventusverdedigers kort op te bouwen maar dat verhinderden de Duitsers. De aanvallers positioneerden zich in 3-4-3, zetten eerste de passlijnen naar de middenvelders af en zetten dan hoog druk op de Italiaanse centrale verdedigers die ze ook naar binnen probeerden te duwen.

Gomez zette zo de passlijn op Parolo af en zorgde voor druk op Bonucci. Intussen zorgde Muller ervoor dat hij meteen druk gaf als Chiellini aan de bal kwam, Ozil deed hetzelfde op de andere flank met Barzagli zij het iets minder agressief.

Het noopte de Italianen dan ook tot creativiteit om toch vrije mensen te vinden op het middenveld. Daarom probeerden Giaccherini en Sturaro voortdurend ruimte te vinden op de flank. Daar stond het namelijk man op man, beide flankmiddenvelders van de teams tegen elkaar. Zowel Giaccherini als Sturaro kozen vaak positie breed in de rug van die flankmiddenvelder of lager, dichter bij de eigen verdediging.

Lopende Giaccherini
De Duitsers kozen echter voor een soort mandekking centraal op het middenveld met Schweinsteiger op Giaccherini en Kroos op Sturaro waardoor ook deze twee weinig vrijkwamen. Het grootste gevaar van de eerste helft kwam er dan weer wel op deze manier via het gekende patroon (zie voorbeschouwing Italië-Belgie & de Italiaanse 1e goal tegen België): Bonucci kon te vrij opbouwen zonder druk en vond de infiltrerende Giaccherini, die Schweinsteiger liet lopen, in de rug van de Duitsers. Maar geen goal.

De hoge druk van de Duitsers en de mandekking op het middenveld gaven bovendien ruimte aan het tweede favoriete patroon van Italië: namelijk de lange bal op Pelle met de bewegende Eder en andere middenvelders rond de targetman. Der Mannschaft had echter een 3v2 situatie achterin (met Boateng, Hummels en Howedes tegen het duo Eder & Pelle) en vooral Boateng won het gros van de kopduels van Pelle waardoor Italië het lastig had om tot kansen en balbezit hoger op het veld te komen.

3-4-3 Duitsland

Duitsland in 3-4-3 met hoge backs (geel) en twee aanvallers tussen de linies (groen) in steun van Gomez. Italië in 5-3-2.

Het respect van Duitsland was dus groot, zeker omdat het z’n geoliede 4-3-3 omgooide naar een systeem met drie centrale verdedigers om de stugge Italianen te bestrijden. Het leidde tot een gesloten eerste helft met slechts een handvol kansen. Door de 5-mansdefensie bij de Italianen en het gemis van de 1v1 kwaliteiten van Draxler, konden de Duitsers ook geen gebruik maken van de snelle flankwissels via Boateng & Kroos waardoor het naast steriel balbezit vooral zijn toevlucht moest zoeken tot snelle voorzetten.

Op slot
Na rust veranderde er niet zo veel aan het spelbeeld. De Duitsers startten de tweede periode wel iets voorzichtiger met lagere pressing en Muller die meer terugzakte op de rechterflank waardoor de opstelling soms neigde naar een 3-5-2. Tegelijk werden Kroos (die sowieso al controlerender speelde) en Schweinsteiger omgewisseld nadat die laatste de lopende Giaccherini al eens liet lopen kort voor rust wat leidde tot de grootste kans voor Italië. Een ingreep die de match op slot hield.

Uiteindelijk viel de goal dan toch op een manier de het wedstrijdbeeld uitstekend aantoont: Neuer wil kort opbouwen maar wordt onder druk gezet en kiest voor de lange bal. Gomez komt met wat geluk breed aan de bal en bedient de infiltrerende Hector die even word losgelaten. Hij brengt de bal voor tot bij Ozil die de 1-0 binnenknalt.

Ook Eder op het middenveld
Nog geen kwartier later maakt Bonucci gelijk, uiteraard van op de stip aangezien uitgespeelde mogelijkheden heel schaars waren.

Intussen was bij Duitsland Gomez naar de kant gehaald. Muller ging daardoor opereren als diepe spits met Draxler en Ozil rond zich, nu ging der Mannschaft opnieuw hoger pressen zoals in de eerste helft. De Italianen tekenden op hun beurt duidelijk voor een draw en verlengingen: Conte trok nu ook Eder verder terug, hij ging in balverlies rechts op het middenveld spelen in een lage 5-4-1 om kilometervreters Giaccherini en Sturaro te ontlasten.

Na de 1-1 leek de wedstrijd in een status quo beland. Beide ploegen probeerden schoorvoetend wel nog wat te forceren maar wilden in de eerste plaats niet op een counter lopen in de slopende verlengingen. Een strafschoppenreeks dus, waarin Duitsland zich andermaal de beste toonde.

Italië – Duitsland was een tactisch steekspel, een gevecht tussen coaches naast en machines op het veld. Interessant! Maar misschien moeten we Jan Mulder toch één keer gelijk geven, het heeft wel z’n charme maar een extra vleugje genialiteit zou nog leuker zijn.

Meer internationaal voetbal

Advertentie

België – Italië (0-2): tactisch overklast, topspelers niet op niveau

Vorige week kregen jullie via Lange Bal al een uitgebreide analyse van de Italiaanse ploeg als voorbereiding voor de clash met de Rode Duivels. We merkten gisteren dat onze goedbedoelde tips spijtig genoeg in de wind werden geslagen met een verwachte nederlaag als gevolg. Een analyse!

Opstelingen België - Italië

Opstellingen België – Italië

Marc Wilmots koos voor volgende 11 namen bij België in een 4-3-3: Courtois, Ciman, Alderweireld, Vermaelen, Vertonghen, Witsel, Nainggolan, Fellaini, De Bruyne, Hazard, Lukaku.

Italië deed het met de volgende spelers in een 3-5-2: Buffon, Barzagli, Bonucci, Chiellini, De Rossi, Parolo, Candreva, Darmian, Giaccherini, Eder, Pelle. Van de verwachte opstelling ontbrak enkel middenvelder Florenzi. Hij miste een aantal trainingen door de bevalling van zijn vrouw, Parolo nam daardoor diens plaats in.

Na de uitgebreide analyse van La Squadra Azzurra kwamen we tot 4 concrete tactische richtlijnen om de troepen van Antonio Conté met succes te bekampen:
1. Man-meer creëren in opbouw van achteruit
2. Inschuivende backs
3. Voldoende technische spelers tussen de linies
4. Snel omschakelen naar balverlies, hoge pressing & verdedigend foutloos

We beginnen bij de laatste voorwaarde tot succes: hoge pressing en een goede blokvorming om verdedigend foutloos te zijn. Want Italië is verdedigend top en een tegendoelpunt zou meteen een serieuze handicap betekenen.

Geen druk op de bal
Ondanks de verdedigend ingestelde keuzes die Wilmots op het middenveld maakte (Fellaini op positie 10 ten koste van De Bruyne), was van een uitstekend blok eigenlijk geen sprake. Eerst en vooral was de ruimte tussen de linies vaak te groot en werd het centrum te vrij gelaten. Wetende dat de bewegende spelers rond de Italiaanse diepe spits Pelle, en meer bepaald de samenwerking tussen de twee spitsen Pelle & Eder, een gevaar vormen was het centrum beheersen wel een voorwaarde om de match te winnen.

Blok van de Belgen staat niet goed & geen druk op de bal. Daardoor komen centrale verdedigers steeds in moeilijke situatie: 2v2 tegen Italiaanse aanvallers

Blok van de Belgen staat niet goed & geen druk op de bal. Daardoor komen centrale verdedigers steeds in moeilijke situatie: 2v2 tegen Italiaanse aanvallers

Ook van hoge pressing was geen sprake. Lukaku leek amper consignes te hebben meegekregen bij de pressing en wandelde wat af tussen de Italiaanse verdedigers. Hazard zakte op links dieper terug om Candreva op te vangen, terwijl De Bruyne hoger bleef staan. Door een gebrek aan druk lag het centrum daardoor wel volledig open en kon Italië meermaals makkelijk uitvoetballen. Dat maakt ook bovenstaand beeld duidelijk: de Italiaanse verdediger kan rustig indribbelen door een gebrek aan druk op de bal en hij kan eenvoudig de twee spitsen aanspelen die man op man met Alderweireld-Vermaelen omdat Witsel de passlijn niet goed mee helpt afzetten.

Verticale passing
En laat die verticale passes nu net één van de drie belangrijkste wapens zijn die in ieder scoutingsverslag van La Squadra terug te vinden zouden moeten zijn. Zowel De Rossi als Bonucci hebben de kwaliteiten om met één verticale pass een afhakende spits (zoals Pelle) of een infiltrerende speler in de rug van de defensie aan te spelen waardoor hoge pressing van België net essentieel was in het tactische plan. De eerste tegengoal is dan ook de perfecte illustratie van de slechte organisatie en het gebrek aan druk: Bonucci kan op de helft van België (!!!) rustig indribbelen en diepspelen in rug van defensie waar hij Giaccherini vrij speelt. Alderweireld en Ciman gaan beiden positioneel in de fout, 0-1.

Italiaans blok
Ook in balbezit verdienen Wilmots en de Rode Duivels een dikke onvoldoende. Van een opbouw van achteruit was bij België, in tegenstelling tot bij Italië, geen sprake. Courtois trapte iedere bal lang uit richting Fellaini en Lukaku. Beiden kregen amper steun waardoor de tweede bal voortdurend voor de Italianen was.

De Italiaanse organisatie was, ook zoals verwacht, een 5-3-2. La Squadra Azzura koos niet echt voor hoge pressing maar zette het blok rond de middenlijn om van daaruit druk te zetten op de Belgische verdedigers:

Italie met medium blok in 3-5-2/5-3-2. Backs van België onvoldoende hoog en te weinig spelers tussen de linies.

Italië met medium blok in 3-5-2/5-3-2. Backs van België onvoldoende hoog en te weinig spelers tussen de linies

De 2 spitsen Pelle & Eder zetten druk op Alderweireld & Vertonghen eens die in balbezit kwamen. Die druk op de verdedigers kon makkelijk omzeild worden door een centrale middenvelder in de laatste lijn bij de opbouw te betrekken, dat gebeurde echter niet (zie punt 1: Man-meer creëren in opbouw van achteruit). Daardoor speelden onze Belgen natuurlijk vaak de voorspelbare pass op de vrijstaande back, die onvoldoende hoog stond (zie punt 2: Inschuivende backs). De centrale middenvelders van Italië dekten dan door naar de buitenkant op de back die amper aanspeelopties had en terug achteruit moest spelen.

Met een extra middenvelder in de laatste lijn en dus 2 verdedigers + 1 middenvelder tegen de 2 Italiaanse aanvallers had België meer de bal kunnen krijgen en deze vooral sneller en dreigender vooruit kunnen spelen. Intussen zouden de backs hoger positie kunnen kiezen om van daaruit gevaar te stichten in combinatie met de aanvallende, technische spelers tussen de linies (zie punt 3: Voldoende technische spelers tussen de linies). In het gros van de situaties waren de technisch beperkte Fellaini en Lukaku echter de enige opties tussen de linies. Onvoldoende dreiging dus.

Steriel balbezit
De ideale situatie die we schetsten met hoge backs, met voldoende aanvallende spelers tussen de linies (Hazard en De Bruyne) en Lukaku/Origi/Batshuayi die voor diepte zorgen, kwam er daardoor amper uit. Het gevolg: veel steriel en ongevaarlijk balbezit in de U-vorm (= inspelen van centrale verdediger -> flankverdediger -> flankaanvaller en terug achteruit om te wisselen van speelkant en daar hetzelfde patroon zonder tot diepgang te komen) dat enkel uitmondde in een aantal  afstandsschoten.

In eerste instantie mag zeker naar bondscoach Marc Wilmots worden gekeken. Maar dat is niet enkel gebaseerd op deze nederlaag, België schreeuwt al twee jaar tactische onmacht uit en werd uitsluitend gered door de individuele klasse van De Bruyne en ploegmaats. Van een vooruitgang als ploeg met een snelle balcirculatie, positiewissels en een goed blok in balverlies is de voorbije jaren eigenlijk geen sprake.

“Zo goed was de tactiek van Italië ook niet. Anders gaven ze die kans van Lukaku niet weg”

Wilmots z’n uitspraken (zie hierboven) tonen vooral aan dat hij het noorden niet kwijt is, maar dat hij gewoon het noorden niet weet liggen. We kunnen ons dan ook de vraag stellen of hij de kritiek verdient of dat die bestemd zou moeten zijn voor de bondstop die Wilmots z’n aanstelling regelde. Welke coach, hoe (in)competent ook, zou een functie als Belgisch bondscoach naast zich neerleggen?

Natuurlijk moeten we ook naar de spelers kijken: het belabberde niveau van Hazard, De Bruyne en Lukaku liggen grotendeels aan henzelf. En een groot tornooi speel je niet voor de coach wel voor je land, voor je ploegmaats en voor jezelf. Het zal ook vooral aan de spelers zijn om deze prestatie door te spoelen. Een nederlaag was deels ingecalculeerd maar tegen Ierland & Zweden resten er geen excuses meer. Go Belgium!

 

Uitgebreide samenvatting

 

Meer buitenlands voetbal

La Squadra Azzurra: sterke defensie & tactisch flexibel

Maandag 13 juni om 21.00 start het EK voor onze Rode Duivels. En de verwachtingen liggen hoog, erg hoog. Italië wordt echter geen hapklare brok, het bewijs vind je hieronder met een uitgebreide analyse van La Squadra Azzurra. Zo zijn ook jullie uitstekend voorbereid om straks het gewauwel van de zogenaamde ‘tv-analisten’ te counteren.

De selectie

In doel selecteerde bondscoach Antonio Conté ouderdomsdeken Gianluigi Buffon (Juventus) met Federico Marchetti (Lazio) en Salvatore Sirigu (PSG) als diens vervangers. Achterin teert Conté in de eerste plaats op het trio Leonardo Bonucci, Andrea Barzagli en Giorgio Chiellini dat ook bij Juventus de afweergordel vormt. Verder zijn ook Angelo Ogbonna (West Ham), Matteo Darmian (Manchester United) en Mattia De Sciglio (AC Milan) opgeroepen.

Op het middenveld kreeg Andrea Pirlo geen uitnodiging in de bus terwijl Marco Verratti, Riccardo Montolivo en Claudio Marchisio geblesseerd moesten afhaken. Daniele De Rossi (AS Roma), Alessandro Florenzi (AS Roma), Emanuele Giaccherini (Bologna), Jorginho (Napoli), Thiago Motta (PSG), Marco Parolo (Lazio), Stefano Sturaro (Juventus), Antonio Candreva (Lazio) zijn in die linie de mannen die het moeten doen.

In aanvallend opzicht koos Conté voor Eder (Inter), Ciro Immobile (Torino), Lorenzo Insigne (Napoli), Graziano Pelle (Southampton), Simone Zaza (Juventus), Federico Bernardeschi (Fiorentina) en Stephan El Shaarawy (AS Roma). Dat Mario Balotelli al even uit de selectie wordt geweerd, toont aan hoeveel belang Conté hecht aan een goede groepssfeer met een duidelijke hiërarchie. En voldoende ervaring natuurlijk: de gemiddelde leeftijd van de Italiaanse kern is 28.48 jaar oud, de Belgische 25.96 jaar. De Italiaanse speler heeft gemiddeld 32.4 caps achter zijn naam staan, de Rode Duivels traden gemiddeld 31.4 keer aan voor ons land.

3-4-3 & 3-5-2
We volgden de Italianen van dichtbij in hun laatste 4 oefenwedstrijden om zo een goed beeld te krijgen van hun sterktes en zwaktes. In die oefengalop behaalden ze achtereenvolgens volgende resultaten: 1-1 tegen Spanje, 4-1 verlies tegen Duitsland, 1-0 winst tegen Schotland en 2-0 winst tegen Finland. Dat die oefenpotjes niet altijd representatief zijn voor het latere hoofdtornooi van La Squadra mag duidelijk zijn. Italië werd bijvoorbeeld tweede op het EK 2012 maar verloor in de aanloop naar dat tornooi zijn laatste drie oefenmatchen. Ook toen het 6 jaar eerder wereldkampioen werd, konden de Italianen slechts 2 van hun laatste 5 oefenmatchen voor het tornooi winnend afsluiten.

Italië kroonde zich tot groepswinnaar in de kwalificaties met 7 overwinningen en 3 draws in een poule met Kroatië, Noorwegen, Bulgarije, Azerbeidzjan en Malta. In die periode koos Conté hoofdzakelijk voor een 4-4-2 formatie. In de laatste matchen experimenteerde de Italiaanse selectieheer dan weer met 2 verschillende formaties, 3-4-3 & 3-5-2. Afgaande op deze wedstrijden en de trainingsverslagen lijkt de keuze dan ook op één van die laatste twee te vallen. We bespreken de belangrijkste kantlijnen binnen beide Italiaanse spelsystemen die toch relatief gelijklopend zijn.

Italië in 3-4-3

tactiek Italie

Mogelijke namen wanneer Italië in 3-4-3 aantreedt

In de oefenwedstrijden tegen Spanje & Duitsland eind maart, traden La Squadra Azzurra aan in een 3-4-3 systeem. De gehanteerde speelwijze leunde dicht aan bij het spel waarmee Fiorentina zich mengde in de titeldebatten in de Serie A (en uiteindelijk nog wegzakte naar de 5e plaats) en deels overeenkomstig met de manier waarop KAA Gent zich presenteerde onder Hein Vanhaezebrouck. Dit waren de belangrijkste facetten van de speelwijze:

Balbezit

Korte opbouw van achteruit
In de opbouw kiezen de Italianen steevast voor korte, verzorgde passes indien mogelijk. Buffon wordt bij balbezit ondersteund door de drie verdedigers voor hem die rustig rondspelen naar elkaar en op het gepaste moment proberen in te dribbelen naar het middenveld om voorwaarts te passen. Teams die pressen maar dit met onvoldoende spelers doen of niet compact genoeg speelden, werden steeds uitgespeeld door de uitvoetballende Italianen. Zelfs Duitsland en Spanje werden zo bij momenten met veel lef uit verband gevoetbald door de Italiaanse verdedigers.

Vooral Bonucci, de meest centrale verdediger van de drie, beschikt over een uitstekende harde, lage pass waarmee hij meteen één van de spitsen kan aanspelen. Na een rustige opbouw zijn de voorwaartse passes ook voornamelijk gericht op de diepe spits, of de twee bewegende spelers rond hem of de spelmaker (De Rossi). De flankmiddenvelders worden in deze fase minder gebruikt omdat deze snel onder druk kunnen komen te staan aan de zijlijn. De verticaliteit van de passing bij Bonucci en De Rossi is erg opvallend en kan indien precies snel gevaar opleveren.


Loopacties in de diepte

Een belangrijke factor in het aanvalsspel is de diepe spits waar Pelle meer speelgelegenheid kreeg dan Zaza. De spits krijgt de voornaamste taak om in de bal te komen vanwaar hij probeert ballen te kaatsen of door te spelen op de infiltrerende spelers rond hem. Het creëren van die loopacties in de diepte gebeurt in eerste instantie door de twee ‘valse wingers’ (vooral Eder, Insigne, Candreva,…) en door de flankmiddenvelders. Net zoals KAA Gent probeert Italië het zijn tegenstanders lastig te maken met gelijktijdige (en tegengestelde) loopacties van de flankmiddenvelders & ‘valse flankaanvallers’. Eentje haakt steeds af, terwijl de andere diep loopt. Vooral voor de backs van de tegenpartij is dit een lastige klus om te verdedigen.

En laat dat nu net een wapen zijn waar Marc Wilmots van wakker ligt. “Flankaanvaller Shaqiri maakte het ons moeilijk door steeds naar binnen te komen. We hebben het steeds lastig met teams die dat doen en ook met hoge flankverdedigers spelen,” vertelde hij nog na de 2-1 zege in Zwitserland.

Analyse Italie - goal deel 1

Opbouwende verdediging (rood) komt onder druk bij uitvoetballen maar vindt vrijstaande flankmiddenvelder (geel) via de centrale middenvelder (zwart). De flankmiddenvelder versnelt naar binnen met bal aan de voet in de vrije ruimte.

Een andere belangrijke katalysator voor succes in het 3-4-3 systeem zijn de snelle flankwissels. Deze kwamen er, behalve in de match tegen Spanje, eigenlijk nog erg weinig uit. Vooral omdat de twee centrale middenvelders (vaak in minderheid tegen een 3-mansmiddenveld) meestal snel onder druk gezet werden en deze crosspasses niet konden trappen. Tegen Spanje slaagden de Italianen er echter wel in een schitterend doelpunt te scoren na een verzorgde opbouw van achteruit en een flankwissel tegen de hoge pressing van Spanje (zie opbouw goal op foto’s hierboven & hieronder).

Analyse Italie - goal deel 2

Hij vindt de ‘rechtse valse winger’ tussen de linies (groen) die op zijn beurt versnelt met de bal aan de voet. De diepe spits (blauw) maakt ruimte voor de infiltrerende linker valse winger (groen) en de linker flankmiddenvelder (geel) waardoor de back van Spanje 2v1 komt. De flankmiddenvelder komt volledig vrij en zet goed voor richting de linker valse winger (Insigne) die scoort

Balverlies

In balverlies zijn er grofweg twee fases te onderscheiden bij La Squadra. In eerste instantie probeert het met een hoge pressing de bal terug te winnen. Daarvoor zet het druk met de drie aanvallers, terwijl ook minstens één van de centrale middenvelders & de flankmiddenvelders doordekken op de dichtstbijzijnde tegenstander aan de kant van de bal.

Ruimte tussen de linies
Tegen de Spanjaarden vulden de Italianen het op volgende manier in: diepe spits Pelle deed niet actief mee in de pressing maar zakte in en was zo de bewaker van Spanjes beste opbouwer Sergio Busquets. De twee valse wingers kregen op hun beurt de taak om te pressen op de centrale verdedigers en deze naar binnen te duwen. Wanneer deze verdedigers er toch in slaagden de vrije flankverdediger aan te spelen, kregen ze meteen druk te verduren van een Italiaanse centrale middenvelder of flankmiddenvelder. Met deze manier van pressen hadden de Spanjaarden het een hele match moeilijk waardoor ze er niet toe kwamen om echt tempo te maken in balbezit.

Een grote mogelijkheid voor de tegenstander hier ligt echter tussen de linies. Omdat de centrale middenvelders nogal vaak enthousiast doordekken, gaapt er vaak ruimte tussen de defensieve lijn & het Italiaanse middenveld wat interessant kan zijn voor technisch begaafde spelers die snel kunnen wegdraaien en meteen vooruit dreigend richting doel kunnen trekken. Het Juventus-drietal achterin probeert hier ook vaak agressief door te dekken maar voor topspelers als Hazard liggen hier zeker opportuniteiten.

Laag defensief blok
Wanneer Italië de bal niet voldoende snel heroverd heeft, kiest het ervoor om terug te vallen in een laag blok, in een 5-4-1 formatie. Daarbij worden de flankmiddenvelders omgetoverd tot flankverdedigers en worden de valse wingers even echte flankmiddenvelders. De bedoeling van het elftal is dan om de tegenstander te dwingen hun flankverdediger aan te spelen waarna er druk komt van de Italiaanse flankmiddenvelder. De ruimte tussen de linies waarvan hierboven sprake is dan een stuk minder aanwezig en kansen creëren tegen dat laag blok van Italië is een pak moeilijker. La Squadra zelf heeft echter weinig wapens om snel om te schakelen indien het in deze situaties de bal veroverd, waardoor het dus aanvallend een stuk onmondiger wordt indien het kiest voor een laag blok.

Duidelijk laag blok in 5-4-1 met weinig ruimte tussen de linies

Duidelijk laag blok in 5-4-1 met weinig ruimte tussen de linies


Bij een voorsprong kan deze 5-4-1 tactiek echter zeer nuttig blijken. Het drietal achterin gesteund door Buffon, kan teren op jarenlange automatismen en uitstekende verdedigende kwaliteiten. Italië toonde zich, indien met een compleet elftal, defensief dan ook heel solide de laatste wedstrijden.

 

Italië in 3-5-2

Zoals de eerste voorbereidingsperiode van de Italianen (in maart) in het teken stond van 3-4-3, zo lag de nadruk de laatste weken op training en in oefenwedstrijden bijna uitsluitend op de 3-5-2. Waar eerst de succesformatie van Fiorentina deels werd overgenomen, teerde Conté in de laatste fase van de voorbereiding dus vooral op de automatismen van Juventus. Het uitgangspunt van de 3-5-2 is redelijk identiek als die van de 3-4-3 alleen ziet de uitvoering op het veld er uiteraard wat anders uit.

Balbezit
De korte opbouw van achteruit verloopt in eerste instantie zo goed als gelijk met die in de 3-4-3, met Buffon, Barzagli, Bonucci en Chiellini en hun korte, geduldige passes in de hoofdrol. Van zodra de Italianen echter de middenlijn bereiken, zijn er echter verschillende varianten in de opbouw.

3-5-2 italie

Waarschijnlijke 3-5-2 opstelling van Italië

Snelle verticale passes vooruit
Wanneer Darmian en Candreva flankmiddenvelders spelen, wordt vooral via de rechterkant opgebouwd. Daar kiest de aanvallend ingestelde Candreva erg hoog en breed positie waardoor hij ruimte creëert op de buitenkant, die wordt vaak opgevuld door een centrale middenvelder die breed komt gelopen (meestal Florenzi, of Parolo als die speelt) waardoor de back van de tegenpartij in de problemen komt of de flankaanvaller heel erg diep moet terugvallen.

Aanvallende middenvelder Giaccherini speelt op dat moment erg hoog tussen de linies, vanwaar hij mee steun geeft aan de spitsen. Aanvallend is deze variant gelijklopend met de 3-4-3 want de diepe spits komt in deze situaties vaak in de bal terwijl zijn collega-spits (Eder of Immobile) voor diepte zorgt, samen met Giaccherini.

opbouw 3-5-2

Opbouwfase met 3 centrale verdedigers (rood) die rondspelen. Centrale middenvelders (zwart) lopen in positie: De Rossi is spelmaker voor de verdediging, Florenzi zakt uit naar rechts, Giaccherini gaat hoger & is klaar om te infiltreren. Candreva (geel) hoger dan zijn ploegmaat Darmian.

Op de linkerkant staat Darmian iets lager, hij is duidelijk minder in beeld. Centraal wordt de opbouw geleid door Bonucci en middenvelder De Rossi. Eens Italië over de middenlijn is en op deze manier in positie staat, is er minder geduld en proberen De Rossi & Bonucci in eerste instantie met snelle, verticale passes voor diepgang te zorgen.

Wanneer dat niet lukt, proberen ze op de buitenkant de brede centrale middenvelder aan te spelen. Of indien mogelijk Candreva in een 1v1 situatie te brengen die dan na een individuele actie voor een gevaarlijk voorzet te zorgen. Gezien de posities op het veld zijn er bij een mogelijke cross ook meteen zeker 4 mensen voor doel, waardoor deze bijna voortdurend paniek kunnen zaaien in defensie van de tegenstander.

Twee aanvallende flankmiddenvelders
Een minder gebruikte optie is die waarin Italië met 2 meer aanvallende flankmiddenvelders op de buitenkant speelt, bijvoorbeeld met El Sharaawy én Candreva. In die situatie verloopt de opbouw over beide zijden en loopt die gelijk aan het hierboven beschreven patroon. Zowel Candreva als El Sharaawy kiezen dan hoog en breed positie, met steeds een centrale middenvelder uitzakkend naar de flank aan de kant van de bal. De andere centrale middenvelder kiest hoger positie om mee te zijn voor doel bij eventuele voorzetten. De derde middenvelder, De Rossi of T. Motta, blijft voor de verdediging. Het is echter de vraag of Italië dit ook tegen de Belgen aandurft.

Bij deze variant krijgen de twee spitsen alleszins minder steun van infiltrerende centrale middenvelders waardoor hun onderling samenspel belangrijk is. Het duo dat vooropligt om te starten, Pelle & Eder, lijkt op dat vlak ook nog niet heel goed op elkaar ingespeeld. Hun back-ups Zaza en Immobile brachten op dat vlak meer in de oefenmatchen, al lijkt de keuze toch op het eerste duo te vallen met Pelle als targetman en Eder als lopende speler rond hem.

Ook in het 3-5-2 systeem zijn de grootste sterktes van Italië dus de lopende mensen rond de spitsen (in combinatie met verticaal inspelen van achteruit), de beweging van de twee aanvallers zelf, en de flankvoorzetten met veel mensen in de box.

Balverlies

De basisprincipes bij balverlies in de 3-5-2 lopen ook gelijk met die in 3-4-3. Snelle, hoge pressing na balverlies is het devies, wanneer dat niet meteen lukt zakken de Italianen in een laag blok.

balverlies 4-4-2

Asymmetrie in balverlies. Darmian (geel) wordt linksback, Candreva (geel) wordt rechtsmidden, Giaccherini verhuist wat meer naar links in een 4-4-2

Dat laag blok hangt opnieuw wat af van de opgestelde spelers. Wanneer El Sharaawy & Candreva op de flank stonden, moesten beiden terug en werd bijvoorbeeld geopteerd voor een echte 5-3-2. Als Darmian en Candreva de flanken bezetten, wat het meest waarschijnlijk lijkt, koos Conté voor een asymmetrische 4-4-2.

Ruimte tussen de linies
De twee spitsen (blauwe rechthoeken) blijven voorin naast elkaar en dwingen de opbouw van de tegenstander daar naar buiten. Achter hen bewegen twee rijen van vier kort op elkaar: Candreva wordt rechtermiddenvelder, terwijl Giaccherini links uitzakt als linkermiddenvelder. Darmian keert lager terug (wat lukt dankzij zijn minder hoge positie in balbezit) en wordt zo goed als linksback in een viermansdefensie. Van zodra de bal bij de back van de tegenpartij komt, zijn het Candreva en Giaccherini die pressen om de bal snel te veroveren.

Eén van de weinige mogelijkheden die La Squadra weggeeft in balverlies is hier opnieuw de ruimte tussen de verdedigende linie en het middenveld. Zeker in de pressing wordt overal erg enthousiast doorgedekt waardoor de Italianen kwetsbaar kunnen zijn tegen technische vleugelaanvallers die naar binnen komen en snel kunnen wegdraaien onder druk, zeker in wisselwerking met aanvallende backs.

Conclusie
Alles bij elkaar is Italië opnieuw een solide geheel dat kan terugvallen op minstens twee spelsystemen. Nadat het een aanvallende 3-4-3 probeerde met veel dominantie in balbezit schakelde het de laatste weken om naar een 3-5-2. In die formatie creëert het dan wel minder kansen, het geeft er tegelijk een stuk minder weg. Tegen Finland en Schotland stonden de Italianen bijvoorbeeld geen enkel (!) schot op doel toe. De 3-5-2 lijkt het pleit te hebben gewonnen maar Conté en zijn troepen zijn tactisch flexibel genoeg om met oplossingen te komen als de tegenstander zich aanpast of de wedstrijdomstandigheden ander voetbal vragen.

De grote sterkte ligt bij de defensieve zekerheid gecombineerd met een in eerste instantie rustige opbouw om dan snel verticaliteit in het spel te brengen op de diepe spits en lopende spelers om hem heen. Ook op voorzetten, vooral vanop rechts, creëert Italië gevaar met veel mensen in de zestienmeter. Het ontbeert misschien een echte topspits maar La Squadra is opnieuw een outsider voor de Europese titel, net zoals vier jaar geleden.

En wat met de dappersten aller Galliërs?

Terwijl de wedstrijd van onze Rode Duivels tegen Finland aanvankelijk was voorzien als voorbereiding voor de match tegen Zweden, een andere Scandinavische ploeg, groeide de oefenpot vooral uit tot een leerrijke ervaring voor de confrontatie met Italië. Ook de Finnen traden namelijk aan met een 3-mans, of beter gezegd 5-mansdefensie, en verdedigden grote delen van de match erg laag en compact in een 5-3-2.

tactiek Belgie

Mogelijke positiekeuzes bij de Belgen in balbezit

Het mag dan ook lichte zorgen baren dat België weinig op de mat legde tegen de Finnen. Kansen werden er dan wel voldoende gecreëerd, het is echter maar de vraag of die wilde voorzetten ook tegen La Squadra gevaar zullen opleveren. Daar staan nu eenmaal niet Toivio, Arajuuri en Halsti in de defensie, wel Chiellini, Barzagli en Bonucci. Indien de Italianen ook effectief in 3-5-2 aantreden, kunnen op onderstaande fronten de match worden gewonnen.

  1. Man-meer creëren in opbouw van achteruit
    Terwijl de opbouw tegen de Finnen traag en voorspelbaar verliep (steeds 2 Belgische centrale verdedigers tegen 2 Finse aanvallers), moet die tegen Italië een pak sneller. Een oplossing kan zijn om Nainggolan te laten terugzakken tussen de twee Belgische centrale mannen. En ja, laat aub Alderweireld daar één van zijn. Zowel Vermaelen, Alderweireld en Nainggolan hebben een goede passing en kunnen indribbelen om dan verzorgd voorwaarts in te spelen. Die laatste twee hebben bovendien een uitstekende crosspass in de voeten om snel van kant te veranderen en zo voor tempoversnellingen te zorgen.
  2. Inschuivende backs
    Zij zijn cruciaal in het breed houden van het veld en moeten durven inschuiven op het gepaste moment. De beste keuze hier zou wel eens Vertonghen en Meunier/Denayer kunnen zijn. Belangrijk dat beiden voldoende variatie brengen en niet altijd te hoog staan, om zo de flankspelers van Italië in verwarring te brengen en de ruimte in hun rug ook door andere spelers te laten benutten.
  3. Voldoende technische spelers tussen de linies
    Met brede/hoge backs en een man-meersituatie achterin moet er voldoende ruimte zijn in de opbouwfase om voorwaarts tussen de linies te spelen. Dit wordt misschien het belangrijkste van de gehele tactiek om de Italianen uit verband te spelen en de ruimte tussen hun middenveld & verdediging optimaal te benutten. Een uitstekende samenwerking tussen spelers die in de bal komen & spelers die voor diepte kiezen wordt cruciaal. De sleutel ligt dan ook zonder twijfel bij De Bruyne, Hazard en co. Onze spits zal bovendien deze situaties goed moeten lezen en de juiste keuzes maken in het vrijlopen en op de korte ruimte, een moeilijke opdracht om daarvoor 1 naam vooruit te schuiven. Origi, Batshuayi en Lukaku kunnen allemaal valabele opties zijn, Benteke lijkt uitgesloten.
  4. Snel omschakelen naar balverlies, hoge pressing & verdedigend foutloos
    Ook in balverlies moet België snel initiatief nemen. In de beginfase was het duidelijk dat spelers niet goed wisten hoe de Finnen op te jagen in balbezit waardoor de Rode Duivels het eerste kwartier niet in de match kwamen. Tegen de Italianen wordt de hoge pressing en juist positie kiezen nog belangrijker gezien de voetballende kwaliteiten en de automatismen achterin bij het Juve-drietal. Ook bij het verliezen van de bal wordt snelle druk op de bal heel belangrijk om eventuele Italiaanse counters in de kiem te smoren. O ja, verdedigende blunders: dat wordt afgestraft tegen Italië.

Individueel gezien hebben de Rode Duivels meer kwaliteit dan La Squadra. Bij de Italianen staat er echter een hecht collectief met een tactische sterke basis. Om hen te kloppen, zal een uitgekiende strategie en veel lef nodig zijn. Als Wilmots tactisch de juiste keuzes maakt en de Belgische verdediging standhoudt, hebben Hazard, De Bruyne en Nainggolan de sleutel in handen tot de winst. Gelukkig is een draw, objectief gezien, eigenlijk ook al een mooi resultaat.

Info voor bondscoaches die wel schadelijk kan zijn voor de gezonde kijklust van de neutrale fan:
– 3x 0-0 in de poulefase betekent 87% kans op kwalificatie voor volgende ronde
– 4 punten of meer na 3 matchen = minimaal 92% kans op kwalificatie volgende ronde

Wedstrijden Rode Duivels

Maandag 13/6 om 21.00:             België – Italië
Zaterdag 18/6 om 15.00:             België – Ierland
Woensdag 22/6 om 21.00:          België – Zweden

Meer internationaal voetbal