Twee speeldagen ver, 32 van de 64 wedstrijden op dit WK zijn achter de rug. Tijd om er een paar statistieken bij te nemen. En daarbij proberen we vooral de ‘Expected Goals data‘ te introduceren op een eenvoudige manier.
Statistieken en data-analyse zijn in het voetbal overduidelijk aan een opmars bezig. Eén van de laatste nieuwigheden, nog niet heel bekend bij het grote publiek, is Expected Goals Data (xG). Deze data kijken terug op de wedstrijd van bepaalde teams en geven het verwachte aantal goals weer in normale omstandigheden. Daardoor wordt dus de factor ‘geluk’ een stuk weggeveegd. Men kijkt nu eenmaal naar het aantal gecreëerde kansen los van het feit of die nu gescoord werden of niet; met strafschoppen en own-goals wordt ook geen rekening gehouden. Met andere woorden, xG = de optelsom van het potentieel van de schoten richting doel.
De xG heeft één groot nadeel en dat is dat het enkel rekening houdt met effectieve schoten. Dat houdt dus in dat een gevaarlijke counteraanval waarbij iemand alleen voor doel net één voetje te kort komt om te trappen, niet in de statistieken wordt opgenomen. Toch blijft het een nuttig instrument om het voetbal verder te objectiveren.
De xG waarde van een doelpunt wordt vooral bepaald door de positie van waaruit naar doel wordt getrapt. Simpel gezegd: hoe dichter bij doel, hoe hoger de kans op een doelpunt, dus hoe hoger de xG waarde. Daarnaast wordt ook rekening gehouden of een doelkans met de voet of met het hoofd werd ondernomen, doelpogingen met de voet hebben nu eenmaal meer kans om uiteindelijk een doelpunt te worden. Uiteraard zijn deze waardes ernstig berekend op basis van statistieken van doelpunten uit de recente geschiedenis.
Meest gecreëerde doelkansen
- België 6,49 xG
- Engeland 4,10 xG
- Brazilië 3,61 xG
- Zwitserland 3,41 xG
- Spanje 3,20 xG
Minst gecreëerde doelkansen
- Australië 0,60 xG
- Saoedi-Arabië 0,80 xG
- Costa Rica 0,83 xG
- Egypte 1,00 xG
- Zuid-Korea 1,15 xG
Teleurstelling onder de toplanden hier zijn Argentinië (2,00 xG) en Portugal (1,9xG). Duitsland scoort gemiddeld met 2,59xG.
Ook interessant is om het effectief aantal gemaakte goals eens naast de xG te leggen. Het geeft een duidelijk beeld hoezeer een team presteert ‘tegen de logica’ omdat het net wel of net geen efficiënte topspits heeft, net wel of net geen geluk heeft, flaterende doelmannen bij de tegenstander of niet, etc.
Overperforming (gescoorde goals – xG)
- Rusland +5,0
- Engeland +3,9
- Kroatië +2,2
Opvallend hierbij is dat Rusland enorm ‘overperformt’: het creëerde in theorie slechts voldoende kansen om 3 goals te maken, maar het maakte er liefst 8. Het geeft duidelijk aan dat het team momenteel op een wolk speelt, goals maakte vanuit schier onmogelijke hoeken, maar het valt af te wachten of dit effectief blijft duren. Ook Engeland scoort veel meer dan het creëert, dat doet het voornamelijk via ingestudeerde spelhervattingen en dankzij een aantal strafschoppen.
Underperforming (gescoorde goals – xG)
- Marokko -1,4
- Peru -1,2
- Uruguay -1,0
- Argentinië -1,0
Aan de andere kant van de medaille vinden we Peru en Marokko terug wat je subjectieve idee ongetwijfeld bevestigt: 2 teams die ten aanval trokken en kansen creëerden maar nog niet tot scoren kwamen. Ook Uruguay en Argentinië lieten nog wel wat goede kansen onbenut.
Balbezit
Het valt op dat de laatste jaren meer en meer teams opteren om vanuit een laag blok te spelen en te kiezen voor een snelle omschakeling. Interessant om even het aantal gecreëerde kansen (xG) naast het percentage balbezit te leggen. Is het nog wel nodig om steeds dominant te zijn en veel de bal te hebben? We kijken naar de 5 teams die het meeste kansen creëerden.
- België 49,0% balbezit
- Engeland 53,3% balbezit
- Brazilië 59,5% balbezit
- Zwitserland 50,9% balbezit
- Spanje 62,3% balbezit
De teams die het meest kansen creëren, hebben dus nog wel degelijk meer balbezit ten opzichte van hun tegenstander. België is de enige uitzondering.
Wel opvallend: voor de 3 teams met gemiddeld het hoogste percentage balbezit is de puntenoogst erg schaars. Duitsland (69,2% balbezit – 3 punten), Argentinië (67,3% balbezit – 1 punt) en Marokko (63% balbezit – 0 punten). Ook Saoedi-Arabië kon niet veel voordeel halen uit het hoge percentage balbezit (59,1%).
Beste defensies
Welke teams gaven volgens het xG-model nu het minste gevaarlijke doelkansen weg?
- Frankrijk 0,50 xG
- Engeland 0,80 xG
- Rusland 0,80 xG
- Uruguay 1,00 xG
- Spanje 1,10 xG
- Brazilië 1,13 xG
België scoort hier een pak minder goed in, ondanks dat het slechts tegen Panama en Tunesië uitkwam. Met een xG tegen van 1,60 moet het heel wat teams voorlaten in dat virtuele klassement. Het verdedigen zal dus simpelweg beter moeten tegen de topteams.
Beste teams overall (aanvallende xG – defensieve xG)
Een eenvoudige rekensom geeft ons een duidelijker totaalbeeld van ieder team. Namelijk het aantal gecreëerde kansen ten opzichte van het aantal toegestane doelpogingen, de combinatie dus van goed aanvallen en goed verdedigen.
- België + 4,89 xG
- Engeland + 3,30 xG
- Brazilië + 2,48 xG
- Rusland + 2,20 xG
- Spanje + 2,10 xG
- Frankrijk + 2,00 xG
- Uruguay + 2,00 xG
- Kroatië + 1,30 xG
- Senegal + 1,00 xG
- Zwitserland + 0,96 xG
Mede dankzij de zwakkere tegenstanders scoren België en Engeland uitstekend. Ook een aantal underdogs scoren hier verrassend sterk.
De zwakste teams overall op basis van het aantal gecreëerde en toegestane doelpogingen zijn duidelijk: Tunesië (-6,49xG), Costa Rica (-2,68xG) en Saoedi-Arabië (-2,4xG).
Het spreekt voor zich dat Argentinië (-1,1xG) en Duitsland (-0,14xG) hier ook niet bijster positief uitkomen.
Meest aanvallende poule
Voor onze laatste statistiek kijken we nog even terug welke poule het ‘leukste’ om volgen was omwille van het aantal gecreëerde doelpogingen en de kwaliteit ervan.
- groep G 12,99 xG (België, Engeland, Tunesië, Panama)
- groep E 10,20 xG (Brazilië, Zwitserland, Servië, Costa Rica)
- groep F 8,42 xG (Duitsland, Mexico, Zweden, Zuid-Korea)
8. groep C 6,30 xG (Frankrijk, Denemarken, Australië, Peru)
Conclusie
De statistieken geven uiteraard interessante inzichten toch blijft het belangrijk rekening te houden met de tegenstander die alle teams voor de kiezen kregen. Als we die tegenstand in kaart brengen, lijken voorlopig Brazilië en Spanje de grootste kanshebbers op de wereldtitel. Met België, Frankrijk, Engeland (, Rusland en Uruguay) als voornaamste outsiders. Uiteraard is de mogelijke ‘groei doorheen het tornooi’ niet te voorspellen…