KAA Gent – SV Zulte Waregem (1-1): Buffalo’s met Boussoufa, Essevee met lef

Na een voorgerechtje van 30 wedstrijden kan het echte werk beginnen: PO I. Het festival aan spannende wedstrijden, beslissende scheidsrechterlijke blunders en nagelbijten werd deze avond op gepaste manier op gang getrapt door KAA Gent en Zulte Waregem. Een verslag.

Opstellingen KAA Gent & Zulte Waregem

                          Opstellingen KAA Gent & Zulte Waregem

KAA Gent startte net als vorig seizoen aan de play-offs in tweede positie met twee punten achterstand op leider Club Brugge. Het positieve gevoel waarmee ze vorig jaar aan de eindstrijd begonnen (oa winst op Anderlecht) lag nu wel even anders: ondanks een degelijke heenronde en een knap Europees parcours won het slechts 1 van de laatste 4 competitiewedstrijden en verloor het een aantal belangrijke spelers door blessures. Twee weken rust en een stage moesten de neuzen terug in dezelfde richting krijgen.

SV Zulte Waregem op zijn beurt pakte uiteindelijk nog onverhoopt maar oververdiend het laatste ticket voor PO I en kon zich zo in de geliefde underdogpositie wentelen. Bovendien verloor Essevee slechts 2 van zijn laatste 13 matchen tegen Gent.

Hein Vanhaezebrouck hield uiteraard opnieuw vast aan zijn geliefde 3-4-3 met Sels; Asare, Gershon, Nielsen, Kums, Deaux, Saief, Foket, Milicevic, Boussoufa en Depoitre.

Francky Dury koos voor een 4-3-3 met Steppe; Verboom, Diallo, Lepoint, Baudry, Essikal, De Ridder, Kaya, Dalsgaard, Cordaro en Leye.

Druk vooruit Essevee
KAA Gent verraste vorig seizoen voetbalminnend België met aanvallend spel gekenmerkt door hoge pressing, uitstekend positiespel dankzij goed bewegen in de ruimte en een snelle balcirculatie. Sinds de nederlagen in Club Brugge kennen de Belgische voetbalcoaches intussen wel de succesformule om de Buffalo’s te kloppen en hoge pressing is een bepalende factor (lees volledige stuk hier).

Essevee had het huiswerk klaar en probeerde het in de beginfase met hoge druk, waarbij het in de Gentse opbouw met drie aanvallers druk zette op de drie verdedigers. Daarvoor plaatste Dury daar met Dalsgaard, van nature een rechtsachter, en Cordaro twee snelle mensen voorin om de hoge pressing te verzorgen en meteen diep te kunnen omschakelen bij balverovering. Op het middenveld speelde Zulte Waregem met de punt naar achter, terwijl het dat normaal omgekeerd doet, om snel druk te kunnen geven op het Gentse middenveld. De Ridder nam de druk op spelmaker Kums voor zijn rekening, Kaya kreeg de taak om Deaux in de gaten te houden.

Eens er voorin echt druk werd gezet, werkte het vaak goed. Vooral aan de zijde van Nielsen, de Deen verspeelde bijgevolg heel wat ballen eens hij onder druk kwam. Andere momenten zorgden Leye en co echter voor te weinig druk waardoor Gent snel de ballen kon spelen in de rug van de flankaanvallers van Essevee die hoog speelden omdat ze snel druk vooruit wilden zetten. Daardoor kwam vooral Saief vrij in de openingsminuten van de match wat voor mogelijkheden zorgde.

Boussoufa duikt in de ruimtes
Die fases tekenden meteen het beeld voor de rest van de wedstrijd. Boussoufa speelde op links goed tussen de linies en moest bewaakt worden door Essikal, de enige defensieve middenvelder bij Essevee. Wanneer rechtsback Baudry besloot om te snel door te dekken op Saief, koos Boussoufa vaak uitstekend voor de diepte waardoor hij los was van Essikal en voor gevaar kon zorgen met tal van voorzetten. Dat patroon was over de hele match bekeken de grootste dreiging die de Gentenaars konden creëren.

Het vervolg van de acties van Boussoufa kenden echter weinig vervolg. De voorzetten werden vaak makkelijk ontzet door de kopbalsterke Lepoint of door een heel sterk keepende Steppe. Het leverde de thuisploeg wel een pak hoekschoppen (21!) op maar daar haalde het over de hele match te weinig uit.

Ook op de linkerkant probeerde Essevee snel druk te zetten. Wanneer Foket hoog in balbezit kwam, nam Verboom meteen het initiatief om druk te zetten. Een goede keuze want Fokets sterkte ligt bij zijn loopvermogen, niet bij zijn keuzes aan de bal als hij onder druk staat. Tegelijk zorgde het er echter voor dat het achterin vaak man op man kwam. Daar moesten Lepoint en Diallo het vaak oplossen tegen Depoitre en Milicevic, beiden zijn echter nog wel wat van hun topvorm verwijderd waardoor de Waregemse verdedigers het pleit voortdurend wonnen. Milicevic bewoog in tegenstelling tot Boussoufa ook veel minder goed in de ruimtes waardoor hij minder in het spel betrokken werd.

Omschakeling
Terwijl Gent vooral dreigde met de wisselwerking Boussoufa & Saief, waar ook de gelijkmaker uit voortvloeide, probeerde Zulte Waregem iets te forceren vanuit de omschakeling. Het probeerde bij balrecuperatie na de hoge druk meteen via Kaya of De Ridder de ruimte in de rug van de Gentse verdediging te vinden wat een aantal keer goed lukte: getuige het eerste doelpunt met de oprukkende Baudry en de lob van Kaya die later nog van de lijn werd gered.

Maar ook wanneer Waregem in de verdrukking kwam, omdat Essikal het alleen moest rooien tegen beweeglijke Boussoufa, bleef het dreigend eens het de bal veroverde. Vooral omdat het met de drie aanvallers en twee aanvallende middenvelders snel probeerde te combineren om snel de ruimte in de rug van de verdediging te benutten. De Ridder had na een snelle counter de 0-2 aan de voeten maar trapte onbesuisd over. Uiteindelijk hadden beide ploegen nog de kansen om de overwinning naar zich toe te trekken.

Over de hele wedstrijd bekeken had Gent zeker het betere van het veldspel, Waregem toonde zich iets geslepener en voetbalde meer dan behoorlijk mee. De Gentenaars zullen echter snel richting hun beste vorm moeten groeien want alle tegenstanders kennen intussen de zwakke punten van blauw-wit. Essevee daarentegen toonde dat het in zijn vrijbuitersrol een leuke rol kan spelen in PO I en menig titelkandidaat wel punten zal ontfutselen. De eerste thriller is gespeeld, de competitie is eindelijk begonnen!

Andere wedstrijden speeldag 1
Zaterdag 18.00: KV Oostende – Club Brugge
Zondag 18.00: Anderlecht – KRC Genk

 

Meer Belgisch voetbal

PSG – Real Madrid (0-0): organisatie boven aanvallende automatismen

PSG & Real Madrid hadden allebei al 6 punten voorsprong op hun concurrenten in de poulefase na twee wedstrijden, de onderlinge duels zorgden dus vooral voor een prestigestrijd en een gevecht voor groepswinst.

PSG - Real Madrid

                       Startopstellingen PSG – Real Madrid

Laurent Blanc ging, zoals steeds met PSG, voor een 4-3-3, hij stuurde volgende elf de wei in: Trapp; Aurier, Marquinhos, T. Silva, Maxwell; Motta, Matuidi, Verratti; Ibrahimovic, Cavani en Di Maria.

Rafa Benitez kampte met heel wat (licht) geblesseerden en kiest voor een 4-4-2 met Navas; Ramos, Varane, Marcelo, Danilo; Kroos, Casemiro, Jese, Vazquez; Isco en C. Ronaldo.

Zoals de stadsrivaal
De gehanteerde tactiek van Real Madrid had verrassend genoeg veel gelijkenissen met die van aartsrivaal Atlético Madrid, een platte 4-4-2 geënt op een stevige organisatie en snelle uitbraken richting C. Ronaldo.

PSG werd vooraf door vele analisten gebombardeerd tot topfavoriet. Het probeerde alvast verzorgd voetbal te brengen van achteruit. Real probeerde in eerste instantie te korte opbouw van de Fransen te verhinderen met een hoge pressing met 4-1-3-2 (één centrale middenvelder ging doordekken, de rest van de ploeg bleef in de eigen zone).

De Parijzenaars voetbalden hier relatief eenvoudig door omdat het steeds een middenvelder een rij achteruit liet zakken. Dat was meestal Motta (die tussen de centrale verdedigers kwam) of Verratti (als de centrale verdedigers dicht bij elkaar stonden, kwam de Italiaan naast één van de drie als derde ‘opbouwer) Tegelijk schoven de backs hoog op waardoor het vaak makkelijk de 3v2 situatie achterin kon uitspelen. Dan volgde echter te vaak een lange bal richting de spitsen die op zijn beurt te eenvoudig werd buitengewerkt door Real.

Laag blok
Het zorgde ervoor dat PSG veelal snel balbezit kreeg rond de middenlijn, en daar hadden de bezoekers geen problemen mee. De vier Spaanse verdedigers en vier middenvelders vormden een dubbele muur en hielden de linies verticaal erg kort bij elkaar. Ook in de breedte hielden ze het veld goed klein met flankmiddenvelders Jese en Vazquez die erg diep terug zakten & goed het centrum afsloten. Voor hen kwam Isco iets dichter tegen de middenvelders, terwijl C. Ronaldo zijn verdedigende taken tot het minimum beperkte in de hoop één keer goed tegen te prikken.

Real hield het centrum uitstekend gesloten en liet de flanken openliggen. Van zodra een flankspeler van PSG de bal kreeg, kantelde het blok van Benitez heel snel en goed om meteen een man-meersituatie te creëren in de zone van de bal. Doel: de bal veroveren & snel counteren ofwel de tegenstander terug dwingen en rustig kantelen om druk te zetten op de andere flank. Een tactiek heel erg gelijkend op die waar Simeone & Atlético de titel mee pakten in La Liga.

Technische slordigheden
PSG kon amper barsten brengen in het Spaanse pantser. De meest gebruikte patronen om hier verandering in te brengen waren voornamelijk:
1) het inzakken van Ibrahimovic tussen de linies. Hij kwam vaak vrij tussen de verdediging & het middenveld maar eens hij kon draaien richting het doel van Real, miste de Zweed dieplopende ploegmaats waardoor hij snel omsingeld werd.
2) de gevaarlijkste optie was de wisselwerking tussen Di Maria & Aurier. De Argentijnse rechterflankaanvaller trok vaak naar binnen waardoor Aurier kon oprukken. De rechtsback leverde enkele voorzetten af maar het samenspel met Di Maria was vaak iets te onzorgvuldig net als de laatste pass.

De thuisploeg kende te weinig diepgang van op het middenveld, vooral Matuidi infiltreerde minder dan normaal net als Maxwell. Met de inbreng van Pastore en Lucas Moura hoopte Blanc nog op een individuele flits, maar de organisatie van Real hield stand. Behalve het wankele tactische plaatje (op aanvallend gebied) waren er bij PSG ook simpelweg te veel technische slordigheden in het spel om nu al van een kandidaat Champions League-winnaar te kunnen spreken.

Ook Real speelde misschien te voorzichtig en was duidelijk naar Parijs afgereisd voor een punt. Op zijn Atlético’s schuwde het de risico’s en hoopte het vooral op een flits van C. Ronaldo om toch met de overwinning te gaan lopen.

Al bij al een matige wedstrijd waarin de voornaamste tactische vaststelling was dat de organisatie iets te hoog stond in de pikorde ten opzichte van het lef en de aanvallende automatismen. Geen verliezers op het veld, wel op de tribune en voor de televisie.

Meer buitenlands voetbal?!

KAA Gent: automatismen behouden

Gent raakt stilaan uitgevierd na een onverhoopte eerste titel in de geschiedenis. Vanhaezebrouck houdt vast aan het succesrecept uit PO I van vorig seizoen en gaat straks met zijn elftal voor het eerst de Champions League in.

Basisformatie KAA Gent

Basisformatie KAA Gent

De titel van vorig jaar was geen grote verrassing: Anderlecht & Club faalden dan wel, Gent was als collectief de verdiende kampioen. De Buffalo’s gaan dit jaar verder in de 3-4-3 die hen het kampioenschap opleverde.

Driemansverdediging
In doel blijft Sels de onbetwistbare nummer één, hij maakte vorig seizoen een enorme progressie met uitstekende play-offs als hoogtepunt. Sels kwijt zich uitstekend van zijn taak tijdens de opbouw en maakt meestal de juiste keuze tussen kort inspelen of een vleugelspeler te zoeken met de lange bal.

De driemansverdediging van Gent wordt momenteel ingevuld door volgende namen: Asare op links, Nielsen centraal, de nieuwe Zweed Johansson op rechts. Allen spelen ze een belangrijke rol bij de opbouw van achteruit. Johansson moet zich duidelijk nog wat aanpassen: hij krijgt regelmatig de vrijheid om in te dribbelen van achteruit, maar het uitvoetballen blijkt zijn zwakke punt. Gershon, momenteel nog out van een blessure, zal straks knokken voor een basisplaats. Deze week voegde Vanhaezebrouck met Mitrovic namelijk nog een uitstekende verdediger toe aan zijn selectie, drummen voor de plaatsjes achterin dus. Johansson lijkt dan ook maar een tijdelijke oplossing op rechts.

Kapitein Kums is de motor van het middenveld. Hij bepaalt het ritme van de opbouw, kiest het moment van diepspelen en wisselt de bal van speelkant. Naast hem koos de coach vorig seizoen voor verschillende types, nu lijkt Renato Neto de voorkeur te krijgen. De Braziliaan zorgt voor duelkracht en présence in en rond de zestienmeter. Op de rechterflank is Foket vaste waarde: hij zorgt 90′ lang voor gevaar met infiltraties, meestal zonder bal. Op links is er een minder uitgesproken basisspeler: zowel Dejaegere, Moses, Saief, Soumahoro en Asare speelden al op die positie.

Diepe spits Depoitre blijft uiteraard een certitude voorin. Zijn goals (13 vorig seizoen) en balvastheid bleken het afgelopen jaar onmisbaar. Met Kalifa Coulibaly werd bij Charleroi een gelijkaardig type weggehaald om een eventuele blessure of schorsing op te vangen. De twee posities van ‘hangende vleugelspitsen’, rond Depoitre, worden ingevuld door Milicevic en Dejaegere. Ook Matton en Raman (na zijn snookeravontuur wat uit de gratie) hebben voldoende voetbalinzicht, snelheid en techniek om op deze positie te kunnen spelen.

Samenspel in vrijlopen
Het succes van Gent lag vorig jaar voor een groot deel bij het uitstekende positiespel van de troepen van Vanhaezebrouck. Ook nu wordt er indien mogelijk kort opgebouwd via Sels naar de verdedigers van waaruit Kums wordt gezocht.

In de tweede fase van de opbouw draait alles rond het samenspel in het vrijlopen voorin. De hangende flankaanvaller en de flankmiddenvelder bewegen juist tov elkaar om de verdedigers van de tegenstanders uit positie te krijgen, dit door steeds iemand naar de bal te laten komen & iemand weg van de bal (in de diepte). Bij voorkeur wordt de hangende flankaanvaller centraal ingespeeld van waaruit hij kan doordraaien richting doel van de tegenstander. Als dat niet lukt, wordt via een combinatie de flankmiddenvelder (meestal Foket) vrijgespeeld die de voorzet naar Depoitre kan brengen.

Dat positiespel en vrijlopen vergt enorm veel inzicht, evenals stelt het hoge eisen aan de techniek en het niveau van passing. Met Milicevic, Raman, Matton, Dejaegere bracht de coach de perfecte spelers samen om dit voetbal te brengen.

Indien bovenstaande opbouw niet lukt trachten de Buffalo’s snel van kant te wisselen. Meestal is het Kums die een heel strakke crossbal trapt in de rug van de tegenstander richting de zijkant van de baklijn waar een lopende flankaanvaller/flankmiddenvelder wordt gezocht.

KAA Gent kende dit seizoen wel al wat moeilijkheden met een probleem dat zich ook vorig seizoen stelde: een te lage efficiëntie voor doel. Dit jaar krijgt het ongetwijfeld ook meer tegenstanders voor zich die een blok vormen voor de baklijn en met weinig aanvallende intenties het terrein op komen. KV Kortrijk toonde dat Gent dan wel af te stoppen is, ook al is hun positiespel goed. Een aanvalsduo Coulibaly-Depoitre en een bombardement van de zestienmeter van de tegenstander lijkt in dat geval een valabele uitgangsweg.

Hoge verdedigingslijn
In defensief opzicht blijft hoge pressing het codewoord. De tegenstanders worden hoog opgevangen, indien dat niet lukt, zakken de flankmiddenvelders diep genoeg terug om steun te geven aan de drie verdedigers.

Gent verloor geen sterkhouders, het bestuur moest eigenlijk amper een bod weigeren. Nogmaals een bewijs dat alles draait rond het collectief, enkel Milicevic lijkt op korte termijn een stap hogerop te kunnen. De automatismen blijven dus behouden in de Ghelamco Arena.  Tijdens de voorbereiding werd de hoge verdedigingslijn wel vaak op de proef gesteld maar de defensieve stabiliteit lijkt intussen teruggekeerd. Als het de efficiëntie voorin wat kan opschroeven, moet Gent op dit moment opnieuw de beste ploeg van het land vormen. Het elftal investeerde ook in enkele nieuwe spelers om gewapend te zijn voor de strijd op drie fronten.

Sterkte: veel bewegende spelers rond diepe spits Depoitre
Zwakte: moeite om te scoren tegen defensief ingestelde ploegen
Het vraagteken: hoe verteert Gent het Europees voetbal?
Prognose na 30 matchen: 1e plaats


 

Hein Vanhaezebrouck. Bron: voetbal24.be

Hein Vanhaezebrouck. Bron: voetbal24.be

Hein Vanhaezebrouck
De Gentse coach speelde het grootste deel van zijn carrière bij Harelbeke. Nadien stortte hij zich op het jeugdvoetbal in datzelfde Harelbeke en bij Lokeren. Meteen werd duidelijk dat hij een visionair en groot tacticus was. Bij het grote publiek raakte hij bekend toen hij wedstrijden analyseerde voor Canal + en niet veel later de promotie naar eerste klasse bewerkstelligde met KV Kortrijk. Hij kreeg zijn kans bij KRC Genk maar dat liep faliekant af wegens een gebrek aan steun vanuit het bestuur. Vanhaezebrouck keerde terug naar het oude nest en werd bij Kortrijk verkozen tot Trainer van het Jaar. Bij KAA Gent kreeg hij carte blanche van het bestuur en stelde hij zijn spelerskern grotendeels zelf samen, met succes: zijn eerste grote prijs op het hoogste niveau, dé Belgische titel.

 

Kijk hier voor de analyses van de andere Belgische teams!