Standard – Anderlecht (1-0) : Luikse omschakeling beslist Clásico

Standard en Anderlecht die elkaar in de ogen kijken, zorgt steevast voor spektakel op en naast het veld. Deze topper was daar geen uitzondering op: de fans kregen een heel intense eerste helft met veel kansen, een tweede helft met vechtvoetbal waarin Standard de voorsprong met succes verdedigde.

Tactiek Standard Anderlecht

Basisploegen van Standard & Anderlecht

Ferrera kiest bij Standard net als bij STVV heel vaak voor de omschakeling als strategie, eerder probeerde hij het zo ook al op het veld van KAA Gent. Vandaag gebeurde het opnieuw, dit keer wel opnieuw in een platte 4-4-2 met Hubert; Goreux, Teixieira, Arslanagic, Van Damme; Trebel, Yattabaré, Legear, Dossevi; Knockaert, Emond.

Hasi moest het doen zonder zijn productieve linkerflank, zowel Praet als Obradovic vielen vorige week geblesseerd uit. Uiteindelijk werd het een 4-3-3 met Proto; Gillet, Kara, Deschacht, N’Sakala; Dendoncker, Defour, Tielemans; Ezekiel, Najar en Okaka.

Omschakeling van Standard
Op defensief vlak implementeert Ferrera een medium blok. Dat houdt simpelweg in dat de ploeg druk zet eens de tegenstander rond de middencirkel (van hun eigen helft) de bal heeft. Daar zetten de aanvallers dan druk op de tegenstanders, de middenvelders & verdedigers zorgen intussen dat de linies erg kort op elkaar staan. Vandaag pakte Standard het opnieuw op die manier aan, met tussen spitsen en verdedigers amper 25 meter waardoor paars-wit moeilijk de vrije ruimte kon vinden.

Het doel van Standard vandaag was simpel: de bal geven aan de zwakste voetballers van Anderlecht (Kara & Deschacht), wachten op een foute inspeelpass en dan snel counteren met Knockaert, Legear, Dossevi en Emond. Het eerste succes liet niet lang op zich wachten. Na nog geen 4 minuten verspeelde Kara al domweg de bal waardoor Standard kon omschakelen en Legear de thuisploeg op rozen zette.

Beperkte mogelijkheden voor Kara & Deschacht
De Rouches lieten zowel Kara als Deschacht aan de bal en gaven dus het initiatief aan de centrale verdedigers. Zij hadden in theorie drie opties:
1) aanspelen van flankverdedigers Gillet of N’Sakala. In die situatie gaven de flankmiddenvelders van Standard echter meteen druk op de bal terwijl de rest van de ploeg snel hoger opschoof. Enkel Defour vond in de beginfase regelmatig de ruimte tussen de aanvallers & middenvelders van Standard door goed in te zakken, van waaruit hij toch het spel kon maken. Zijn ploegmaats voorin lieten hem die momenten echter te vaak in de steek, waardoor geen diepgang mogelijk was.

2) inspelen van middenvelders Tielemans, Dendoncker, Defour was de tweede optie voor de centrale verdedigers. Wanneer die echter plaatsnamen vóór Yattabaré & Trebel, konden die laatste twee makkelijk doordekken. De Anderlechtmiddenvelders kregen dan de bal ingespeeld terwijl ze meteen heel stevige druk kregen in hun rug, daardoor konden de bezoekers centraal amper uitvoetballen.

3) lange passing richting de aanvallers was de derde mogelijkheid die Kara & Deschacht hadden. Deze bal werd echter niet mogelijk gemaakt door een gebrek aan (cohesie in het) vrijlopen van de drie aanvallers. Ezekiel kon zijn gevaarlijkste loopacties van op de flank in de rug van de verdediging zoals tegen Club Brugge slechts tweemaal uitvoeren. Voor de rest zakte steeds diep om de bal in de voet te vragen en de 1v1 aan te gaan met Goreux wat nooit lukte. Okaka bleef dan weer te statisch centraal en had nooit de ruimte om in het compacte blok van Standard de bal te vragen. Ook de vermoeidheid van donderdag hing mogelijk nog in de kleren, want hij zorgde net als Najar nooit voor de nodige diepgang.

De rol van Defour
Anderlecht kon daar in de eerste helft enkel wat tegenover zetten op spelhervattingen, waarop het via Kara een aantal keer dreigend was. In balbezit waren de goede momenten bij paars-wit schaars.

Enkel Defour kreeg een voet aan de Luikse grond. Hij vond regelmatig de ruimte ‘buiten het blok’ van Standard. Het ene moment haakte hij af om de bal in de voet te krijgen en van daaruit de bal vooruit te spelen. Het andere moment infiltreerde Defour perfect in de rug van de Standardverdediging, waarvan de onterecht afgekeurde 1-1 het beste voorbeeld was.

Behalve de dreiging via spelhervattingen en via Defour was Anderlecht matig, vooral door een gebrek aan goed positiespel: te weinig (op elkaar afgestemde) beweging van de middenvelders en aanvallers gecombineerd met een te trage balciruclatie. Bizar dan ook dat T2 Geert Emmerechts tijdens de rust verkondigde dat “Anderlecht niet scherp genoeg was, en meer moest spelen als mannen.” Wat betreft het eerste doelpunt had hij volkomen gelijk, voor de rest van hun spel lag de oorzaak toch voornamelijk bij het gebrekkige positiespel.

Nieuwe automatismen
De uitspraak bleek een oorlogsverklaring te zijn die Standard dankbaar in ontvangst nam. De tweede helft lag het spel voortdurend stil door overtredingen en Luiks theater uitstekend ondersteund door het thuispubliek. Hasi schakelde de laatste 20 minuten nog om naar een soort 3-5-2 met Sylla & Ezekiel als diepe spitsen en invaller Suarez in steun, maar dat leverde niets op.

Ferrera bracht Bruls nog in het veld als extra (aanvallende) middenvelder in een nog compactere 4-5-1. Dit met als duidelijk doel om Deschacht & Kara nog meer aan de bal te krijgen en de grote impact van Defour (zoals eerder aangegeven) in te perken met meer druk op het middenveld. Uiteindelijk loonde het met een belangrijke 1-0 zege.

Anderlecht kende een erg moeilijk seizoensbegin dat het onder meer overwon dankzij een sterke tandem Praet-Obradovic. Nu dat duo is weggevallen, moet Hasi aan de slag om nieuwe automatismen te ontwikkelen.

Standard op zijn beurt lijkt onder Ferrera toch wekelijks een aantal stappen (of stapjes) te zetten. De laatste weken is een duidelijk medium blok zichtbaar in een platte 4-4-2. De nadruk ligt op organisatie, direct voetbal en een enorme grinta, zoals de huisstijl het voorschrijft.

Meer Belgisch voetbal..

Wedstrijdverslag via Stadion

Waasland-Beveren: omschakelen met Gano & Langil

Het jaarlijkse komen & gaan op de Freethiel werd deze zomer doorgetrokken met pakweg 20 inkomende en 20 uitgaande transfers. Van een echte vuurdoop op het hoogste niveau gesproken voor Stijn Vreven. Momenteel slaagt hij echter met glans in het opzet een probleemloos seizoen te beleven.

Tactiek Waasland-Beveren

                              Tactisch concept Waasland-Beveren

De coach kiest voor een platte 4-4-2.
Doelmannen Coosemans en Steppe zochten andere oorden op, met Henkinet haalde Waasland-Beveren een talentvolle keeper in de plaats.

Aalvlugge Langil
Het centrale duo in de verdediging werd in de beginfase van het seizoen gevormd door Buatu en Coulibaly. Nu lijkt de nieuwe Fin Morren dicht bij een basisplaats te staan. De vaste backs zijn Jans (op rechts) en Demir (op links). Vooral Demir pikt zijn momenten uit om aanvallend zijn steentje bij te dragen, meestal om Langil te helpen een 1v1 situatie te creëren.

Het hart van het middenveld bestaat uit Maric en Moulin, twee gelijkaardige types. Zij blijven meestal voor de defensie en proberen op te bouwen indien mogelijk. Als dat niet lukt, gaan ze vol in de duels om de tweede bal te veroveren. Op de flanken zijn het loop- en doorzettingsvermogen van Myny (op rechts) en de flitsende dribbels en dieplopen van de aalvlugge Langil intussen bekend in de hele Jupiler Pro League.

Het aanvalsduo Gano (duelkracht, snelheid, veel druk op de bal) & Emond (vaak in de bal, loerend op de goal, torinstinct) werd in de laatste uren van de transfermarkt uit elkaar getrokken omdat die laatste vertrok naar Standard Luik. Met Vanzo, een jonge spits, boet het tweespitsensysteem toch aan veel gevaar in. De nieuwe spits Nabab kon zich nog niet profileren.

Kwetsbaar op flankvoorzetten
In balverlies kiest Waasland er steevast voor om terug te zakken tot op de eigen helft. De twee spitsen komen mee terug tot een tiental meter voor het viermansmiddenveld om een stevig blok te vormen. Kort daarachter sluit de defensie aan om de ruimte tussen de linies te beperken. Wanneer de twee aanvallers toch besluiten om snel druk te zetten, worden de ruimtes op het middenveld en voor de verdediging echter vaak te groot wat een geschenk kan zijn voor een intelligente 10 van de tegenstander.  Maar het grootste probleem kent het elftal met flankvoorzetten. Die komen te makkelijk en centraal wordt de mandekking vaak slecht uitgevoerd. Waasland slikte dan ook al heel wat goals van op één van die voorzetten, ook op  spelhervattingen is de ploeg momenteel nog te kwetsbaar.

De keuze om diep terug te zakken is wel volledig logisch, aangezien de grote kracht van Waasland-Beveren in de omschakeling naar balbezit ligt. Na balverovering probeert de ploeg van Vreven steevast diep te spelen om de snelheid van Gano (die in de hoeken duikt, voornamelijk op de rechterkant) en Langil (op links) optimaal te gebruiken. In de counter krijgen zij ondersteuning van Myny en tweede spits Vanzo. Beiden komen vaak mee voor doel om de voorzet in de counter binnen te werken.

Enthousiasme
In balbezit kiest Waasland-Beveren niet voor een geduldige, korte opbouw. De sterkte ligt voorin bij de snelheid en kracht van Gano. Zijn ploegmaats in de verdediging kiezen dan ook vaak voor de lange bal richting de spits wanneer ze er achterin voetballend niet uitkomen.  Ook doelman Henkinet schuwt de risico’s in de opbouw en kiest vaak voor een gerichte lange bal naar Gano. In de tweede fase van de opbouw zoekt de ploeg vaak Langil, die goed inzakt om aanspeelbaar te worden. Hij vindt de vrije ruimte meestal tussen de rechtsback en rechteraanvaller van de tegenstander. Vanaf het middenveld kan Langil zijn intussen bekende dribbels inzetten richting de back van de tegenstander.

Vreven legt veel nadruk op enthousiasme, een stevig blok in balverlies en snel omschakelen in de diepte bij balrecuperatie. Het eerste en derde aandachtspunt vult zijn kern voortreffelijk in, aan het verdedigende verhaal is nog werk: met 23 tegengoals in 9 wedstrijden, slikken de Waaslanders het meest doelpunten van alle eersteklassers. Behalve het vertrek van Emond stelt Vreven al bijna het hele seizoen dezelfde elf spelers op, dan zou de verdedigende organisatie toch al iets beter op punt mogen staan. Er zijn zeker voetballende mogelijkheden op de Freethiel, desondanks lijkt de ploeg veel te afhankelijk van de flitsen van Gano en Langil.

Sterkte: op de counter
Zwakte: slikken te makkelijk doelpunten
De Vraag: wat als Langil & Gano uit vorm geraken?
Prognose na 30 matchen: 12e plaats


Stijn Vreven trainer

Stijn Vreven in actie. Bron: voetbalbelgie

Coach – Stijn Vreven
Vreven stond als rechtsback symbool voor inzet en verdedigen met hart & ziel. In België kende hij zijn beste tijd bij KV Mechelen en KAA Gent. In Nederland werd hij populair bij Vitesse, Utrecht en ADO Den Haag. Als coach startte Vreven op zijn 37e bij Esperanza Neerpelt in 1e provinciale, waarmee hij meteen promoveert naar de nationale reeksen. Hij vertrekt meteen naar Dessel Sport in tweede klasse en na een jaar haalt Lommel Vreven weg om de Limburgers terug naar het hoogste niveau te loodsen. Met een knappe vijfde en tweede plaats lukte dat niet, desondanks kwam er interesse uit het Waasland om Vreven een kans te geven als coach in eerste klasse.

Kijk hier voor de analyses van de andere Belgische teams!