Stilstaand gevaar?

Matig ingestudeerde vrije trappen, gemiste strafschoppen en overwaaiende hoekschoppen: er wordt wat afgelachen in de voetbalstadions. Maar hoe terecht is dat? Hoe belangrijk zijn spelhervattingen eigenlijk?

Hoekschoptreintje van KAA Gent

Hoekschoptreintje van KAA Gent

Het inmiddels gekende treintje van Hein Vanhaezebrouck zorgde dit seizoen nog voor gespot in media en tribunes. “Belachelijk”, was het woord dat vaak terugkwam. Het kan er dan wel eens kolderiek uitzien, toch lijkt variatie en efficiëntie op spelhervattingen erg belangrijk op het hoogste niveau. Laten we er even de cijfers bijhalen.

In België staat Club Brugge autoritair aan de leiding. Het speelt sterk, maar erg vaak kwam het op voorsprong dankzij een ingestudeerde spelhervatting. Niet minder dan 22 (van de 54) competitiegoals volgde uit een stilliggende bal, dat is 40,7% van de doelpunten! In het buitenland zijn de cijfers lager, al vormen ze overal een aanzienlijk aandeel van het aantal gemaakte goals.

Chelsea, koploper in Engeland, maakte 11 van zijn 40 treffers op een stilliggende bal (=27,5%). In de Champions League maakte het zelfs bijna de helft van de goals op die manier (7/16 = 43,8%). Real Madrid, aan de leiding in Spanje, legt gelijkaardige cijfers voor: 15 van de 55 goals in de competitie (27,3%) en 6/16 in de Champions League (37,5%). Andere topteams zoals Lyon, Bayern München en Juventus maken zo ongeveer 26% van hun goals.

Ruw geschat komt 1 doelpunt op 3 dus voort uit een stilstaande fase: uit een hoekschop, strafschop, vrije trap of inworp. Nog vaker zijn het bepalende openingsgoals in een wedstrijd. Doelpunten die de match openbreken, ervoor zorgen dat de tegenstander voor de aanval moet kiezen en je zelf kan inzakken om succesvol te counteren. Om nog maar te zwijgen over het mentale voordeel…

Spelhervattingen blijken dus erg belangrijk in het volwassenvoetbal. Als je weet dat iedere tegenstander minstens drie keer geanalyseerd wordt, is het niet evident je komende opponent te verrassen: varianten op hoekschoppen, inworpen en vrije trappen kunnen in dat geval een uitstekend wapen zijn.

Op corners zien we vaak dat ‘een blok’ wordt gezet: je offert één of twee mannetjes op om een tegenstander tegen te houden en zo je kopbalsterke medespeler vrij te krijgen. Amper een scheidsrechter die een overtreding fluit, dus waarom niet? Het treintje is een andere manier om vrij in te lopen, eens zonder druk van een sumoworstelende verdediger. Het dansje van de Tsjechische spelers hieronder is een andere originele manier om jezelf vrij te maken. 

Ook uit inworpen valt nog meer rendement te halen. Vandaag wordt gemiddeld 1 inworp op 2 gewoon terug aan de tegenstander gegeven. Een vanzelfsprekende situatie is het inderdaad niet: je staat nu eenmaal met een man minder op het veld . Maar toch: een aantal simpele looplijnen, een juiste werptechniek en goede controle kunnen voor een pak meer balbezit (en dus rust) in het elftal zorgen. Een lange inworp, waarop Stoke City vroeger meerdere goals per seizoen maakte, valt in principe ook perfect te trainen.

Alles bij elkaar zien we het aantal varianten op spelhervattingen boomen, met knappe goals en lachwekkende situaties als gevolg. Dat originaliteit doorslaggevend kan zijn, toonden bovenstaande cijfers al; spijtig genoeg nemen de looplijnen vaak de bovenhand op de basis: een goede voorzet en doeltreffend afwerken met de voet of de kop!

Als de heren profvoetballers op dat vlak wat extra training aan de dag leggen, zien we in de toekomst ongetwijfeld nog een aantal pareltjes zoals hieronder. Zeker als de trainers even creatief blijven in het aanpakken van de spelhervattingen en het mogelijke resultaat ervan niet onderwaarderen zoals bondscoach Wilmots. Een extra uurtje training per week levert nu eenmaal punten op die op het einde van de rekening kunnen beslissen over een titel…

Advertentie