Het voetbalelftal van Chili pakte afgelopen zondag zijn eerste grote prijs ooit, Chili klopte Argentinië in de finale van de Copa América na een uitstekend tornooi. Het resultaat van jaren hard werk en een uitgekiende tactiek met heel veel lef.
Op 11 juli 2007 stelde de Chileense voetbalbond Marcelo Bielsa aan als bondscoach. De gekke Argentijn zorgde voor een cultuurshock met zijn manier van voetballen. Jorge Sampaoli borduurde verder op de methodes van zijn maniakale leermeester. Chili, een initiatie in uitvoetballende verdedigers en hoge pressing.
Dribbelende verdediger
Chili onderscheidt zich van vele landen in de eerste plaats omwille van het lef dat het neemt om te voetballen. In balbezit zorgt dat voor de volgende keuzes: een snelle dieptebal richting spitsen is de eerste oplossing; als dat niet lukt, wordt er zorgvuldig opgebouwd van achteruit. Dat zorgt meteen voor spektakel: ofwel wordt de bal snel naar voor gespeeld en een kans gecreëerd, in het andere geval zien de toeschouwers een dribbelende verdediger of een erg nipte terugspeelbal op de doelman. Met slechts één doel: de bal efficiënt, en als het kan ook op een mooie manier, voorin te krijgen.
Dat is vanzelfsprekend de reden waarom de Chileense bondscoaches zo vaak kiezen om (ex-)middenvelders op te stellen in de verdediging: ze zijn veelal beter met de bal aan de voet dan verdedigers. Ook in de finale hadden alle opgestelde verdedigers (Medel, Silva, Isla en Beausejour) een achtergrond als middenvelder of aanvaller.
Het mag duidelijk zijn dat Bielsa & Sampaoli hoge eisen stellen op vlak van positiespel en passing. Tijdens deze Copa resulteerden die accenten in veel balbezit, het meest van alle ploegen met gemiddeld 68.4% per wedstrijd.
Doormidden getrapt
En ook in balverlies zorgde Chili voor een gewaagde aanpak gekenmerkt door een hoge agressiviteit, een (te?) ver doorgedreven winnaarsmentaliteit. Dat weerspiegelt zich in een enorme drang naar voren: het elftal neemt steeds zelf het heft in handen en zakt bijna nooit ver in op de eigen helft. Integendeel, het gaat de tegenstander de hele wedstrijd door hoog onder druk zetten. In de finale waren het de spitsen A. Sanchez & Vargas die de hoge pressing op de Argentijnse centrale verdedigers verzorgden waardoor de volgende pass erg vaak onderschept kon worden.
“In street fights, there are two types of fighters. One type, when he sees blood, he becomes scared and backs off. The other, when he sees blood he goes all the way, to kill. Now, guys, I just came outside and I swear I noticed the smell of blood…” (Marcelo Bielsa in een wedstrijdvoorbespreking)
Die passie heeft echter ook een keerzijde die in de finale onderstreept werd door Gary Medel. Hij trapte Messi bijna doormidden met een volledig onnodige overtreding. Met die agressiviteit straften de Chilenen zichzelf in het verleden al vaker met domme rode kaarten, de afgelopen weken hielden ze zich net op tijd in zodat niemand vroegtijdig de douche in moest. Uiteraard speelde ook het thuisvoordeel in dit opzicht een belangrijke rol.
Eén ding staat vast: Chili gaf het wereldvoetbal de laatste jaren extra glans. Het vertolkte de rol als underdog, de luis in de pels van de toplanden, die met veel durf en agressiviteit naar de grote tornooien toeleefden. Eindelijk kende het lef succes en werd ‘de omschakeling’ naar de achtergrond verwezen.
“I’m often asked by journalists to choose between winning or playing well. I disagree with that seperation. It should be a statement instead: we play well in order to win. It’s not a dilemma between two options. There is no shorter and more pleasant path to success than increasing the beauty of play.”
(Marcelo Bielsa)